“Vrijwel elke GGZ-instelling loopt tonnen mis”

7 april 2017
Wendbaarheid

In de wereld van de GGZ is een goede exploitatie erg belangrijk. Een zorginstelling kan alle inkomsten nuttig gebruiken om het beste te bieden aan haar cliënten en te blijven innoveren. Wat nou als blijkt dat het mogelijk is om deze exploitatie nog beter te maken? Pieter Severijns (51) uit Rotterdam is, als directeur van Health Provision BV, gespecialiseerd in het organisatorisch verbeteren van zorgorganisaties. Hij ontdekte dat de meeste GGZ-instellingen ontzettend veel geld mislopen, tot wel honderdduizenden euro’s. En die wil je als GGZ-instelling natuurlijk niet laten liggen. Pieter legt dit uit.

De ‘verborgen’ OZP-regeling

Pieter ontdekte dat zorginstellingen de declaratie van de OZP (Overige Zorgproducten GGZ) niet genoeg benutten. De OZP werden vreemd genoeg altijd over het hoofd gezien door zorginstellingen. “Onder de OZP vallen producten die niet binnen de DBC-productstructuur passen, maar wel als overige producten gedeclareerd mogen worden. Hierbij horen onder andere de ambulante laboratoriumkosten, maar ook de externe aanvragen van informatie door UWV, arbodiensten of verzekeringsmaatschappijen.” De regeling bleek enigszins geheim, want vrijwel alle instellingen maakten er nog niet optimaal gebruik van. “Ik ontdekte deze mogelijkheid voor het eerst toen ik de kosten van de Parnassia groep heb geanalyseerd, gelijk de grootste GGZ-aanbieder. De OZP-regeling geldt echter voor alle zorginstellingen, ze hebben er allemaal recht op.”

Tonnen laten liggen

Toen ontdekte Peter hoeveel extra er gedeclareerd kon worden. Het terughalen van de declaraties bleek op te kunnen lopen tot honderdduizenden euro’s. Hoe kan het dan dat veel instellingen deze tonnen vooralsnog hebben laten liggen? “De OZP-regeling is een complex systeem. Als voorbeeld neem ik de laboratoriumkosten. Daarbij heb je te maken met het laboratorium, de GGZ-instelling én een apart systeem om te factureren. In het EPD zit niets om je aan vast te houden voor de registratie van deze kosten en vervolgens moet het ook nog gefactureerd worden. Omdat het systeem zo ingewikkeld is, wordt er nauwelijks gebruik van gemaakt.” Daar moest verandering in komen, vond Pieter. Inmiddels is hij expert in het optimaliseren van deze kostenposten en heeft zo goed als de hele sector al gebruikgemaakt van zijn ondervinding. Wat de laboratoriumkosten betreft, zijn de meeste instellingen inmiddels zo ver: veel van de GGZ-instellingen maken inmiddels gebruik van de optimalisatie omtrent het declareren van laboratoriumkosten.

Nog meer potentieel voor de hele GGZ

Dat is echter niet de enige post die gedeclareerd kan worden onder de OZP. “Het is nu zaak dat we de OZP externe aanvragen ook gaan regelen. Dat zijn aanvragen van verzekeringsmaatschappijen, arbodiensten of de UWV.” Ook bij deze kosten komt vaak voor dat er slecht of niet geregistreerd en gefactureerd wordt. In samenwerking met Mobilee Management & Advies zorgt Pieter ervoor dat zoveel mogelijk GGZ-instellingen in Nederland binnenkort gebruik kunnen maken van álle OZP-voordelen. Samen geven ze advies aan zorginstellingen om het optimale uit hun declaraties te kunnen halen, op basis van een analyse en passende business care. “Het is in eerste instantie belangrijk dat de GGZ-instellingen weten dat ze hier potentieel uit kúnnen halen. We maken voor hen de complexiteit van de regeling helder, zodat ze uiteindelijk de slag maken om deze kosten zelf te declareren.”

Een opbrengst voor de organisatie

Er is kortom geen enkele reden voor GGZ-instellingen om geen gebruik te maken van de OZP-regeling. Pieter heeft door middel van een analyse aangetoond dat er potentieel is voor de declaratie van de externe aanvragen. Ook in dit geval blijkt het om veel geld te gaan: ongeveer 1% van de totale DBC-omzet. Zo snel mogelijk gaat hij aan de slag om GGZ-instellingen te voorzien van de tonnen waar ze recht op hebben. “Deze duizenden euro’s extra zullen erg gunstig zijn voor de exploitatie van GGZ-instellingen,” geeft Pieter aan, “zo leveren de kosten die er gemaakt worden ook werkelijk een significante opbrengst op voor de organisatie.”

Meer weten? Neem contact op met Judith Bertisen.